t.03.02- Energie-verliezen

  • Alle energie die wij gebruiken eindigt in warmte ,  hetzij direkt als rendementsverlies tijdens een omzettings-proces ,  hetzij als rest van de bestede energie
    • –  Warmte is namelijk de “afval”-vorm van energie, is een laagwaardige vorm van energie. Die warmte verdwijnt uiteindelijk altijd naar de omgeving/het heelal. Het heelal is een soort warmteput….
      –  Warmte stroomt uit zichzelf van hoge naar lage temperatuur (wordt daarmee laagwaardiger) ;  vergelijk het met water dat ook als vanzelf omlaag stroomt
      • Je kunt warmte wel op een hogere temperatuur brengen ,  maar dat kost meer energie dan je terugkrijgt tijdens de afkoeling  (Zie warmtepomp)
  • Voorbeelden :
  • –  als je in je handen wrijft worden ze warm (mechanische energie is warmte geworden)
    • Generalisatie :  àlle wrijving die optreedt in welke konstruktie dan ook ,  geeft warmte
  • –  de verliezen in een elektromotor uiten zich in het warm worden van het ding
  • –  zonnepanelen worden ook warm door interne verliezen bij het omzetten van licht naar elektrische energie (dus niet alleen warm geworden door warmtestraling van de zon)
  • –  verliezen in chemische reaktie-processen leiden tot het warm worden van de materie
  • –  enz

IMPERFECTIE
Besef dat elke omzetting of overdracht van energie verliezen met zich meebrengt
–  Niets gaat verliesvrij of is omkeerbaar. In de werkelijkheid bestaan er geen ideale processen
–  In de natuurkunde doen we alsof er wel ideale processen bestaan :  we verzinnen een denkmodel, een theorie. Als dit model lijkt te kloppen hebben we toch zicht gekregen op èn een eerste benadering van wat er in de werkelijkheid gebeurt